Kittens inenten: tegen wat, waarom en wanneer?

Om je kitten te beschermen tegen ziektes is het goed om hem te laten vaccineren. In zo’n geval is het goed om te weten hoe dat in z’n werk gaat, waarom je je kitten moet inenten en wanneer je dit het beste kan doen. Meer informatie vindt je daarom in dit artikel.
Hoe kan ik mijn kitten inenten?
Je kitten vaccineren kan alleen de dierenarts. Je maakt hiervoor een afspraak bij je dierenarts of dierenkliniek. Behandelen tegen wormen en vlooien doe je zelf met een wormenkuur en anti-vlooienmiddel.
Wat is een vaccinatie?
Een vaccinatie is een middel (soms een lage dosis van de ziekteverwekker), waardoor afweerstoffen opgewekt worden zonder dat het dier daarvan ziek wordt. Als de gevaccineerde kat later in aanraking komt met een besmetting, dan is hij of zij beter bestand tegen de ziekteverwekkers. Het lichaam kan de boosdoeners sneller en effectiever bestrijden, waardoor de kans dat het dier ziek wordt minimaal is.
Waarom een kitten inenten?
Een kitten krijgt via de moedermelk afweerstoffen binnen, maar dit is na enkele weken niet genoeg meer om hem volledig te beschermen. Om je kitten zo goed en gezond mogelijk te laten opgroeien, is het daarom absoluut aan te raden hem te laten vaccineren. Vooral tegen kattenziekte (feline herpesvirus) en niesziekte (feline calicivirus). Dit zijn veelvoorkomende en levensbedreigende ziekten bij katten. Ze kunnen vooral een dodelijke afloop hebben bij jonge katten.
Titeren
Met vaccineren hoort het immuunsysteem van je kat antilichamen aan te maken, maar dat gebeurt helaas niet bij alle vaccinaties. Vaccinaties kunnen vervelende bijwerkingen hebben. Om er zeker van te zijn dat dit niet gebeurt, kun je je kat of kitten laten titeren. Met titeren wordt er bloed afgenomen om te kijken hoeveel antilichamen in het bloed van je kat aanwezig zijn. Door te titeren en het lichaam van je kat te controleren op antilichamen kunnen onnodige vaccinaties voorkomen worden.
Wanneer een kitten inenten?
De basisvaccinatie bestaat uit een enting tegen katten- en niesziekte. Hieronder staat precies wanneer je je kat moet laten vaccineren en wanneer de herhaalvaccinatie moet worden gegeven:
Leeftijd kitten/kat | Inenting tegen: | |
---|---|---|
1 | 9 weken | Kattenziekte en niesziekte |
2 | 12 weken | Kattenziekte en niesziekte |
3 | 1 jaar | Kattenziekte en niesziekte |
4 | 2/3/5/6/8 jaar | Niesziekte |
5 | 4/7 jaar | Kattenziekte en niesziekte |
De vaccinatie tegen niesziekte moet jaarlijks herhaald worden. Voor kattenziekte is om de drie jaar voldoende. Deze vaccinaties zijn verplicht als je je kat wegens een vakantie of afwezigheid naar een pension brengt.
Waartegen kan ik mijn kat nog meer laten inenten?
Naast de basisvaccinaties tegen katten- en niesziekte kun je je kat ook laten inenten tegen: rabiës, kattenleukemie (leukose), besmettelijke buikvliesontsteking bij de kat (FIP) en chlamydiose (of chlamydophila felis). Omdat rabiës (hondsdolheid) via katten (en andere dieren) op mensen overgedragen kan worden, is het ook voor je eigen gezondheid goed om je (buiten)kat hier preventief tegen te laten inenten.
Let op: Als je met je kat naar het buitenland gaat, moet je kat altijd gevaccineerd zijn tegen rabiës. Dit wordt geregistreerd in het dierenpaspoort.
Moet je een binnenkat ook laten inenten?
Een binnenkat komt minder in aanraking met andere katten en andere (wilde) dieren; daarom hoef je deze katten niet tegen alle ziekten te laten vaccineren. Maar de basisvaccinaties tegen de katten- en niesziekte zijn ook voor binnenkatten zeker aan te raden. Je kunt als baasje immers de ziekteverwekkers mee naar binnen dragen, bijvoorbeeld onder je schoenen.